De kabelkracht blijft bij kabelbalanceerinrichtingen nagenoeg gelijk doordat de kabel helemaal aangetrokken wordt. De belasting (bijv. een gereedschap) wordt niet door de veerkracht weer teruggetrokken, maar blijft in op de actuele plek. De kabelkracht verandert niet merkbaar, waardoor het mogelijk is om zelfs met zware gereedschappen zeer fijn en nauwkeurig te werken. Met behulp van balancers kan ook langdurig worden gewerkt of met zware lasten zonder dat vermoeidheid optreedt.
In de slangbalancer zijn de kenmerken van een kabelbalancer en die van een slangoproller gecombineerd. De last wordt hierbij door de slang in plaats van een kabel vastgehouden. De slang 6,5 x 10 (binnen en buiten) is uitgerust met een buitenschroefdraad R 1/4" en de persluchttoevoer loopt via een binnenschroefdraad Rp 1/4".